Vooral overheid profiteert van duurdere benzine

euro, geld, berg, miljoenen

Met recordprijzen aan de pomp mag vooral de overheid zich spekkoper noemen. Van één liter euro 95 met een adviesprijs van € 1,74 gaat € 1,02 euro naar de staatskas. Naast de op 1 januari ingevoerde accijnsverhoging verdient de overheid ook nog eens direct aan de hoge kostprijs van olie. Hoe hoger de kostprijs, des te meer btw erover moet worden betaald. Pomphouders profiteren niet van de stijgende brandstofprijzen.

Uit de laatste cijfers van de BOVAG blijkt hoe de verdeelsleutel ligt ten opzicht van brandstofprijzen. Zo zit in een liter euro 95 van €1,74 € 0,55 productiekosten. € 0,17 Is de marge voor transport en opslag. De overige € 1,02 gaat in de vorm van belasting en accijns naar de staatskas.

Belasting

Voor diesel en LPG gelden andere verhoudingen. Bij een dieselprijs van € 1,44 bestaat € 0,64 (45%) uit kosten, € 0,13 (9%) uit marge en € 0,67 (46%) uit belasting. LPG van € 0,79 per liter heeft een kostprijs van € 0,36 (46%), een margetraject van € 0,21 (26%) en € 0,22 28%) is belasting.

Shop

Doordat pomphouders en transporteurs een vaste marge met de oliemaatschappijen hebben afgesproken wordt hier niet van de stijgende prijs geprofiteerd. Sterker, als pomphouders vanwege concurrentie-overwegingen zelf hun prijzen laten zakken betalen ze de korting uit deze marge. Ze kiezen hier vaak toch voor om maar zo veel mogelijk klanten naar de shop te lokken waar meer winst wordt gemaakt.

Auteur: Steven Don

Vooral overheid profiteert van duurdere benzine | MobilityEnergy.com

Vooral overheid profiteert van duurdere benzine

euro, geld, berg, miljoenen

Met recordprijzen aan de pomp mag vooral de overheid zich spekkoper noemen. Van één liter euro 95 met een adviesprijs van € 1,74 gaat € 1,02 euro naar de staatskas. Naast de op 1 januari ingevoerde accijnsverhoging verdient de overheid ook nog eens direct aan de hoge kostprijs van olie. Hoe hoger de kostprijs, des te meer btw erover moet worden betaald. Pomphouders profiteren niet van de stijgende brandstofprijzen.

Uit de laatste cijfers van de BOVAG blijkt hoe de verdeelsleutel ligt ten opzicht van brandstofprijzen. Zo zit in een liter euro 95 van €1,74 € 0,55 productiekosten. € 0,17 Is de marge voor transport en opslag. De overige € 1,02 gaat in de vorm van belasting en accijns naar de staatskas.

Belasting

Voor diesel en LPG gelden andere verhoudingen. Bij een dieselprijs van € 1,44 bestaat € 0,64 (45%) uit kosten, € 0,13 (9%) uit marge en € 0,67 (46%) uit belasting. LPG van € 0,79 per liter heeft een kostprijs van € 0,36 (46%), een margetraject van € 0,21 (26%) en € 0,22 28%) is belasting.

Shop

Doordat pomphouders en transporteurs een vaste marge met de oliemaatschappijen hebben afgesproken wordt hier niet van de stijgende prijs geprofiteerd. Sterker, als pomphouders vanwege concurrentie-overwegingen zelf hun prijzen laten zakken betalen ze de korting uit deze marge. Ze kiezen hier vaak toch voor om maar zo veel mogelijk klanten naar de shop te lokken waar meer winst wordt gemaakt.

Auteur: Steven Don