Dat auto’s ook juist in de winter een wasbeurt kunnen gebruiken is inmiddels wel bekend. Maar ook de wasinstallatie zelf verdient extra aandacht tijdens de vorstperiode, anders kan er schade ontstaan aan zowel installatie als auto. WashTec geeft carwash-exploitanten 10 tips om de wasstraat, roll-over en wasbox in optima forma te laten functioneren tijdens winterse dagen.

Inspecteer de overheaddeuren elke ochtend op goed functioneren en met vorst in de lucht schakelt moeten de deuren, indien mogelijk, worden ingeschakeld op de winterstand. Bij de winterstand zijn in principe beide deuren gesloten, zodat de warmte niet uit de washal kan ontsnappen.

In een verwarmde hal kunt u uw klanten prima laten wassen, adviseer uw klanten om vóór het wegrijden de deurrubbers in te vetten met een rubberstick of siliconenspray (of cockpitspray). Uw klant zal blij zijn met deze tip en de wasmogelijkheid die u biedt en u heeft ook nog extra shopomzet.

Verwarming

Zet de verwarming ook aan als u maar één deur kunt sluiten, in de meeste gevallen hangt er in de washal een heater, die er voor zorgt dat de temperatuur in deze ruimte boven de 5° Celsius blijft, hiermee voorkomt u dat er ijsvorming in de washal ontstaat. Indien de koude wind rechtstreeks uw washal inblaast, dient u zeker de deuren gesloten te houden.

Als u wasboxen heeft dient u de allereerst de vorstbeveiliging te controleren op juiste werking, en als de temperatuur onder de -5 C° komt is het verstandig de installatie geheel buiten gebruik te stellen om vorstschade te voorkomen. Uiteraard kan WashTec u adviseren over de diverse mogelijkheden om vorstschade aan uw eventueel aanwezige wasboxentechniek te voorkomen.

Beschadiging

IJsvorming heeft een slechte invloed op vele facetten in de carwash. De looprails kan bevriezen en daardoor gaat de machine letterlijk slippen, chemie wordt stroperig van samenstelling en zal daardoor minder goed werken en er kan ijsvorming ontstaan in de borstels, waardoor de borstels en de auto beschadigd kan worden tijdens het wassen.

Buiten de washal (bij de in- en uitrit) en in en rondom uw wasboxen kan ook gladheid ontstaan. Dit kan vervelende situaties tot gevolg hebben, bijvoorbeeld dat een klant tijdens het uitstappen bij de inrit uitglijdt of dat een auto bij de uitrit in de slip raakt. Probeer er voor te zorgen dat zowel de inrit als de uitrit vrij blijft van ijsvorming, door bijvoorbeeld met zout en of zand te strooien. Attendeer uw klant op de mogelijke gladheid bij de carwash.

10 punten waarop de carwash-exploitant dient te letten:

–        Controleer de overheaddeuren op goed functioneren (gaan ze goed open en dicht).
–        Zet de verwarming (heater) bij 5 graden of minder aan.
–        Check de chemie (vul de kannen tot 80 % af).
–        Houd de in- en uitrit ijsvrij.
–        Waarschuw uw klanten voor mogelijke gladheid bij de carwash.
–        Zorg dat de verlichting in- en om de washal en eventueel wasboxen goed functioneert.
–        Controleer de werking van de vorstbeveiliging van uw wasboxen.
–        En heeft u al voldoende strooizout klaarstaan?
–        Biedt vooral programma Best en Beter aan (deze programma’s hebben onderkantwassen).
–        Test bij uw wasboxen tijdig de juiste werking van de vorstbeveiliging. Bij langdurige of strenge vorst kunt u beter de slangen, lansen en borstels loskoppelen en binnen leggen.