Raad van State wijst protest tegen tankstation Sevenum af
De bezwaren van een nertsenfokkerij en een omwonende tegen de komst van een tankstation in Sevenum zijn in merendeel ongegrond verklaard. De Raad van State zag geen belemmering voor de realisatie van een station aan de Romerweg in de Limburgse plaats.
Het bestuur van de gemeente Horst aan de Maas, waar Sevenum onder valt, keurde in september 2014 een bestemmingsplan goed, waarin de komst van het tankstation was vastgelegd. Dat stuitte op weerstand van een nabijgelegen nertsenfokkerij en een omwonende. De fokkerij vreesde dat het station dusdanig veel licht zou uitstralen dat zijn dieren daar hinder van zouden ondervinden, omdat het de voortplanting belemmert. Ook zou een geuronderzoek niet goed zijn gedaan.
Raad van State
De Raad van State was het daar niet mee eens. De juridische instantie concludeerde dat de komst van het tankstation juist zou zorgen voor minder licht. Tevens was het rechtsorgaan het niet eens met de opvatting dat het geuronderzoek niet juist zou zijn uitgevoerd.
De bewoner werd wel in het gelijk gesteld, zij het gedeeltelijk. Zijn zorgen over de groenstroken tussen het station en zijn woning die niet goed zouden zijn opgenomen in het bestemmingsplan, konden op instemming rekenen van de Raad van State. De bezwaren omtrent geluidshinder en de hoogte van het toekomstige station werden naar de prullenbak verwezen.