Stichting DGB: ‘Staat is verantwoordelijk voor schade grenspomphouders’
Stichting De Grens Bereikt! wil de Staat verantwoordelijk stellen voor de schade die grenspomphouders hebben geleden door de BTW- en accijnsverhogingen van 2012 en 2014. Advocaat Dirk van den Berg van de stichting laat weten binnenkort met een dagvaarding te komen waarin de gevolgen van de maatregelen voor tankstation-ondernemers in de grensregio uiteen worden gezet. Volgens Van den Berg zijn heel wat van deze ondernemers afgelopen jaren de dupe geworden van de BTW- en accijnsverhogingen en moet de Staat zijn verantwoordelijkheid nemen.
De stichting die opkomt voor de belangen van de grenspomphouders reageert daarmee op het bericht dat BOVAG vorige week naar buiten bracht. De brancheorganisatie laat daarin weten af te zien van een hoger beroep in de zaak van de accijnsverhoging op diesel en LPG van 2014 en de gevolgen die dat had voor pomphouders in de grensregio. BOVAG liet een onderzoek uitvoeren naar de gevolgen, maar acht een hoger beroep op basis van deze cijfers niet kansrijk genoeg.
Volgens Stichting De Grens Bereikt! was dat onderzoek te kort door de bocht. “Wij hebben gegevens van zo’n vijftig grensstations en vijftien andere stations in Nederland naast elkaar gelegd. Daaruit blijkt heel duidelijk een ander beeld in omzetontwikkeling”, aldus Van den Berg. Volgens de advocaat zitten er een aantal schrijnende gevallen tussen. Het gaat volgens de stichting niet alleen om de accijnsverhoging die per 2014 werd ingevoerd, maar ook om de BTW-verhoging van 2012. “Die twee kun je onmogelijk los zien van elkaar. De combinatie van beide verhogingen betekent voor een aantal stations in de grensstreek vrijwel de doodsteek.”
Verhoging BTW en accijns
De zaak draait om de BTW-verhoging van 1 oktober 2012 en de accijnsverhoging van 1 januari 2014. De heffing op diesel werd met 3 cent per liter verhoogd en de heffing op LPG met 7 cent. Daarbovenop kwam nog een inflatiecorrectie en BTW. De prijzen voor brandstof in Nederland waren daarna niet meer in evenwicht met de prijzen in België en Duitsland. In het zuiden en oosten van Nederland besloten daardoor steeds meer automobilisten en vrachtwagenchauffeurs over de grens te tanken, dit tot grote frustratie van tankstation-ondernemers in de grensstreek.
Het zijn geen eenvoudige tijden voor tankstation-ondernemers, onder meer door de opkomst van alternatieve brandstoffen en de onzekerheid omtrent de verkoop van tabak op termijn. De verhogingen die de overheid heeft doorgevoerd maken het volgens Van den Berg voor stations in de grensstreek vrijwel onmogelijk om nog te ondernemen. “Een stuk of vijftig hebben zich bij ons gemeld, maar ik schat in dat er in totaal wel tweehonderd tankstation-ondernemers dupe zijn geworden van de maatregelen. Een aantal grenspomphouders is teruggezakt naar 20 procent van de oorspronkelijke brandstofverkoop. Op deze manier kun je geen eerlijke boterham verdienen.”
Teleurstellend
Volgens Lisanne Henneveld van branchevereniging Beta is er volop gewaarschuwd voor de gevolgen van het overheidsbeleid, maar zijn die waarschuwingen in de wind geslagen. “We konden van mijlenver zien aankomen dat de verhogingen negatieve gevolgen zouden hebben voor de tankstations in de grensregio. Dat deze groep – na flink wat jaren – nog steeds geen gelijk heeft gekregen, is moeilijk uit te leggen aan grensondernemers. Het is teleurstellend dat de overheid niet meer verantwoordelijkheid heeft genomen in deze zaak. Ze hebben in mijn ogen categorisch geweigerd om echt met ons om tafel te gaan.” Een positief punt ziet Henneveld wel. “Op dit moment is het wat betreft eventuele verhogingen van accijns en BTW rustiger. Kennelijk is de boodschap inmiddels wel opgepikt. Helaas hebben de gedupeerden daar weinig aan.”
“Het is erg jammer dat een groep ondernemers gedupeerd wordt door overheidsbeleid. Want aan de algemene economische omstandigheden konden ze misschien niets doen, maar de BTW-verhoging hebben ze wel doorgevoerd, alsmede de accijnsverhogingen”, zegt Erik de Vries van brancheorganisatie NOVE. Hij begrijpt dat de collega’s van BOVAG de zaak niet doorzetten. “Omdat het zo lastig is om 100 procent aan te tonen waaraan het gemis aan liters ligt.” Volgens De Vries hebben de stappen die gezet zijn wel effect gehad. “Het zal er mede aan bijdragen dat een overheid of kabinet tweemaal nadenkt voordat ze weer de accijns als melkkoe gaan gebruiken. In dat licht zal ook echt na moeten worden gedacht over een vorm van rekeningrijden, want wij zitten met name met de benzine- en LPG-accijnzen al in de top van Europa.”
Onnodig gedupeerd
Vorige week bracht BOVAG het bericht naar buiten dat het afziet van een hoger beroep in de collectieve zaak tegen de accijnsverhogingen op diesel en LPG en de gevolgen voor grenspomphouders daarvan. “Met de cijfers in de hand acht BOVAG een hoger beroep niet kansrijk genoeg. Desondanks is er ontegenzeggelijk sprake geweest van een forse aderlating voor een groot aantal tankstations in de grensstreek, maar deze schrijnende individuele gevallen blijken onvoldoende om een collectief hoger beroep in te stellen.”
BOVAG laat weten het bijzonder spijtig te vinden dat het gezamenlijke juridische traject niet zal leiden tot steun aan en compensatie voor de getroffen pomphouders. “BOVAG blijft van mening dat de overheid zijn verantwoordelijkheid in dezen niet heeft genomen. De BTW-verhoging van 2012 en de accijnsmaatregel in 2014 heeft vele grenspomphouders onnodig gedupeerd.”
Lees ook: