Het verbruik van de brandstoffen benzine, diesel en LPG leverde de staat vorig jaar bijna 7,8 miljard euro aan accijnzen op. Zeventig procent van het totaal aan accijnzen komt hiervandaan. De accijnzen worden elk jaar aangepast. Ze worden uitgedrukt in een vast bedrag per liter en zijn daarmee onafhankelijk van de brandstofprijs.

In totaal brachten de accijnzen op motorbrandstoffen, tabak en drank 11,1 miljard euro op. Omgerekend betaalde Nederlanders gemiddeld 670 euro per persoon aan accijnzen en dat is 4 procent meer dan in 2009. Dat heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) woensdag bekend gemaakt.

Accijnzen

Ruim twintig procent komt van de accijnzen op tabak, wat neerkomt op ruim 2,2 miljard euro. De accijnzen op tabak gaan niet met de inflatie mee. De hoogte wordt bepaald door beleidsoverwegingen, bijvoorbeeld als middel om het roken minder aantrekkelijk te maken.

Het tarief op sigaretten was begin 2010 31 procent en op shag 36 procent hoger dan begin 2005. Deze stijgingen waren sterker dan de inflatie in deze periode (8 procent). Doordat er minder gerookt werd, steeg de opbrengst van de tabaksaccijns tussen 2005 en 2010 met 22 procent minder sterk dan het tarief. Per 1 maart van dit jaar is de accijns op tabak verder verhoogd.

Rijksbelasting

De accijnzen vormen ongeveer acht procent van de rijksbelastingen. Ieder jaar stijgt de opbrengst met een paar procent. In 2006 lag de opbrengst nog op tien miljard euro.