Het aantal tankende leaserijders bij stations aan rijkswegen is in vijf jaar tijd gehalveerd. Dat blijkt uit cijfers van tankpasaanbieder Travelcard. Momenteel vindt zo’n zestien procent van de tankbeurten van leaserijders plaats bij snelwegstations, terwijl dit vijf jaar geleden nog ruim dertig procent was. De omzet heeft zich voornamelijk verplaatst naar onbemande stations aan het onderliggende wegennet.

Travelcard onderzocht de tankgegevens van zijn ongeveer driehonderdduizend klanten in opdracht van radiozender BNR. Daaruit bleek dat tanken bij snelwegstations beduidend minder populair is geworden. Het verschil met literprijzen aan het onderliggende wegennet en het toenemende prijsbewustzijn van werkgevers zijn belangrijke oorzaken van het veranderende tankgedrag. Het gaat hier uitsluitend om brandstof. Shopaankopen zijn niet onderzocht.

Onbemand

Uit dezelfde cijfers blijkt dat een kwart van de leaserijders kiest voor onbemande vestigingen. Ruim tweemaal zoveel als zes jaar geleden. Onbemande stations zijn dus populairder geworden. Uiteraard speelt hier de prijsfactor een rol, al moet ook vermeld worden dat het aantal Express-locaties de laatste jaren flink is toegenomen. Iets minder dan de helft van de tankstations in Nederland wordt onbemand geëxploiteerd, al dan niet voorzien van een shop die door een andere partij wordt uitgebaat.

Verschillen tussen snelweg- en overige stations van tien cent per liter zijn heel gebruikelijk. “Maar in sommige gevallen is zelfs sprake van 20 of 25 cent per liter verschil”, meldt Travelcard-directeur Jan-Reint Vink tegen BNR. Het prijsverschil tussen beide segmenten is sowieso steeds groter geworden de afgelopen jaren. Een trend die slechts tijdelijk onderbroken werd in 2014, voornamelijk door uitbreiding van het aantal Tango’s aan de snelweg en een gewijzigd prijsbeleid van Shell en Esso. Zij besloten om bij sommige rijkswegstations de brandstof onder de adviesprijs te verkopen.