De automotive-industrie ziet rijden op waterstof als reëlere optie voor verduurzaming van personenauto’s dan batterij-elektrisch. Dat blijkt uit een onderzoek van adviesbureau KPMG. Vooral de beperkte laadinfrastructuur en de lange laadtijd maken de batterij-variant minder kansrijk op lange termijn. “De elektrische auto die wordt voortgedreven door batterijen vraagt op dit moment te veel van de bestaande infrastructuur”, zegt Loek Kramer, partner bij KPMG en segmentleider Automotive.

Het bedrijf bevroeg wereldwijd achthonderd managers van autofabrikanten, dealerbedrijven en financiële dienstverleners. Daaruit kwam naar voren dat 62 procent van de ondervraagden het batterij-elektrische segment uiteindelijk niet dominant ziet worden. Het probleem om een gebruikersvriendelijke laadinfrastructuur op te zetten, is hierbij de belangrijkste reden voor het falen van deze aandrijfvorm.

Winnaar

Ruim driekwart van de ondervraagden ziet de waterstofauto uiteindelijk als winnaar uit de strijd komen. Dergelijke voertuigen hebben een brandstofcel aan boord die het getankte waterstof omzet in elektriciteit. Dat deze aandrijfvorm meer kans maakt op lange termijn, komt onder meer doordat een tankbeurt veel korter duurt. Daardoor wordt een oplaadtijd van 25 tot 45 minuten voor batterij-auto’s onaantrekkelijk lang. Tevens is het probleem van een beperkte opslagcapaciteit minder aanwezig.

Obstakels voor de doorbraak van waterstof zijn er echter ook. “Ten eerste staat deze techniek nog in de kinderschoenen”, aldus de onderzoekers in het rapport. “Daarnaast brengt het andere problemen met zich mee, zoals het koelen van waterstof en het veilig opslaan ervan in de auto zelf.”

Consumenten

Een groot deel van de consumenten omarmt de elektrische auto nog niet, omdat dit segment nog niet voldoet aan de meest essentiële criteria, zoals een gebruiksvriendelijke laadpalennetwerk. “Grootschalige investeringen zijn hiervoor noodzakelijk. Daarom zie je dat autofabrikanten zich niet alleen richten op het produceren van voertuigen, maar ook bezig zijn met laadinfrastructuur.”

Zo kondigden vijf grote automerken onlangs aan dat ze een krachtig laadpalennetwerk willen realiseren. Daarnaast worstelt de industrie nog steeds met het efficiënter en goedkoper maken van batterijen. “Dit is een belangrijk obstakel, zo niet een onneembare horde, in de acceptatie van deze aandrijfvorm.”

Leider

Als het gaat om de ontwikkeling van elektrische voertuigen zien de fabrikanten BMW nog steeds als onbetwiste leider. De Duitse producent wordt op korte afstand gevolgd door het Amerikaanse Tesla, dat zich volledig toelegt op honderd procent elektrische auto’s, voorzien van een batterij.

“Toyota lijkt in dit verband zijn leidende positie verloren te hebben. Slechts zeven procent van de onderzochte ‘executives’ verwacht dat dit merk het komend jaar leidend is in elektrische mobiliteit”, aldus Kramer: “Het lijkt erop dat Toyota minder investeert in het reduceren van de oplaadtijd van de batterij. Wellicht is het merk zich al aan het voorbereiden op de brandstofcel. Dat zou de positie in onze index kunnen verklaren.”

Diesel

De deelnemers aan het onderzoek verwachten dat diesel de eerste traditionele brandstof is die het veld moet ruimen. Wel vindt een grote meerderheid (75 procent) dat de klassieke interne verbrandingsmotor technologisch nog altijd zeer relevant is, ook al is deze maatschappelijk omstreden.