Stijgende lijn benzineverkopen zet door in 2016
De verkoop van benzine is afgelopen jaar met ruim twee procent gestegen. Dit ging vooral ten koste van diesel. In 2015 werd ook al meer benzine verkocht dan het jaar ervoor. Door de stijgende populariteit is het verschil met diesel steeds kleiner geworden. Dat blijkt uit cijfers van statistiekbureau CBS. Voor lpg was de literafzet opnieuw dramatisch. Met 321 miljoen liter kwam autogas afgelopen jaar op het laagste niveau sinds 1975.
In Nederland werd vorig jaar in totaal 13.137 miljoen liter benzine, diesel en lpg verkocht. Dat is vier miljoen liter meer dan het jaar ervoor, een verwaarloosbaar verschil. Diesel neemt daarvan traditiegetrouw het grootste deel voor zijn rekening. Sinds 1990 wordt in ons land meer diesel dan benzine verbruikt. Daar lijkt op korte termijn geen einde aan te komen, al kruipen de literverkopen van beide brandstoffen wel langzaam naar elkaar toe.
In totaal werd vorig jaar 5.318 miljoen liter benzine verkocht, een toename van 2,4 procent in vergelijking met een jaar eerder. Dieselverkopen daalden juist en kwamen vorig jaar uit op 7.498 miljoen liter. Dat betekende een afname van ongeveer 1,3 procent (bekijk ook de interactieve grafieken verderop in dit artikel).
Lpg daalt sinds 1990
De verkoop van lpg loopt al jaren slecht en daarop vormde 2016 geen uitzondering met een daling van bijna zes procent. De afzet van autogas bereikte in 1990 zijn hoogtepunt. In dat jaar werd 1.699 miljoen liter verkocht. Sindsdien werd vrijwel elk jaar een afname genoteerd. Door de jarenlange neerwaartse trend is inmiddels ruim tachtig procent van de lpg-plas verdampt in vergelijking met het topjaar.
Meer benzineauto’s
De gestegen benzineafzet is een logisch gevolg van het feit dat er steeds meer autoâs op deze brandstof rondrijden in Nederland. Sinds het begin van deze eeuw is het aantal benzineautoâs elk jaar gestegen, terwijl de laatste jaren het aantal dieselvoertuigen min of meer gelijk is gebleven en het lpg-wagenpark slonk.
Ook leasemaatschappij LeasePlan ziet een verschuiving naar benzine. De marktleider zag dat vorig jaar nog maar 39 procent van de klanten voor een dieselvoertuig koos. Dat percentage lag een jaar eerder nog op 52. Het aandeel benzineauto’s ontwikkelde zich in tegenovergestelde richting.
Oorzaak hiervan zijn vooral gewijzigde bijtellingsregels, waardoor diverse populaire dieselvoertuigen sinds vorig jaar zwaarder worden belast. Ook de opkomst van het semi-elektrische segment voedt de benzineafzet. Dergelijke autoâs rijden vaak deels op deze brandstof, terwijl dieselhybrides zeldzaam zijn.
Elektrisch en aardgas
Het CBS houdt ook cijfers bij over de verkoop van aardgas en stroom voor het wegverkeer. De verkoop van beide energiedragers bleef exact gelijk vorig jaar. Elektrische rijders âtanktenâ gezamenlijk 187 miljoen kWh. Voor aardgas (cng en lng) rekent het statistiekbureau in kubieke meter. Daarvan verbruikten aardgasvoertuigen er gezamenlijk 48 miljoen. De verkoop van waterstof wordt niet apart vernoemd in de cijfers. Vermoedelijk is de afzet nog te laag om als aparte categorie op te nemen.
De verwachting is dat de komende jaren vooral het volledig elektrische segment terrein gaat winnen. Deze e-voertuigen zijn aantrekkelijk voor met name het zakelijke segment, omdat de lage bijtelling voor hybrides is afgebouwd. Alleen zero-emissie voertuigen vallen nog in de laagste bijtellingscategorie. Dit betekent dat alleen nog volledig elektrische of waterstofauto’s een bijtelling hebben van vier procent.