VPR: ‘Fastned heeft geen recht op een monopoliepositie’
Mogen tankstations langs de snelweg wel of geen laadpalen plaatsen op locaties waar Fastned een vergunning voor een laadstation heeft? Op die vraag geeft de rechter eind juli antwoord. De betrokken partijen troffen elkaar maandag in de rechtszaal. Gabriëlle Pielage van de VPR, de belangenvereniging voor zelfstandige ondernemers aan de snelweg, heeft vertrouwen in een goede afloop. “Vanaf het allereerste moment was in onze ogen duidelijk dat Fastned geen alleenrecht had op het plaatsen van laadpalen langs de snelweg.”
De rechtszaak over het wel of niet mogen plaatsen van laadpalen langs snelwegen is een volgend hoofdstuk ingegaan. Eind januari bepaalde de rechter dat de vorderingen van Fastned en Mistergreen zijn afgewezen. Beide partijen wilden de Staat verbieden om medewerking te verlenen aan de komst van laadvoorzieningen bij wegrestaurants en tankstations op verzorgingsplaatsen waar ook een vergunning voor een laadstation aan Fastned of Mistergreen is verstrekt. Dit tot grote teleurstelling van Fastned, dat de zaak had aangespannen. Volgens het Amsterdamse laadbedrijf is het vreemd dat andere partijen laadpalen mogen realiseren op locaties waar Fastned een vergunning heeft. Het bedrijf besloot daarop in hoger beroep te gaan. Afgelopen maandag mochten alle betrokkenen opnieuw hun zegje doen.
Wel of geen monopolie
“Het was een herhaling van standpunten. Iedereen is uitgebreid aan het woord geweest en alle zaken zijn opnieuw de revue gepasseerd”, vertelt Pielage. De VPR heeft zich samen met een aantal andere partijen – EG Group, Enviem Retail en de Federatie Wegverzorgende Horecabedrijven – bij de Staat gevoegd in deze zaak. “Wij hebben min of meer dezelfde belangen als de Staat. De uitspraak heeft immers ook direct gevolgen voor onze achterban.”
Een aantal VPR-leden heeft een vergunning aangevraagd voor het neerzetten van een laadpaal, soms al vier of vijf jaar geleden, vertelt Pielage. “Zij willen een zo compleet mogelijk pakket aan mogelijkheden aanbieden aan de automobilist. Aangezien deze ondernemers al een WBR-vergunning hebben, zouden zij ook graag gebruikmaken van de mogelijkheid om als aanvullende voorziening een laadpaal op hun terrein te plaatsen. De consumenten die kiezen voor elektrisch rijden, willen we immers ook kunnen bedienen. Misschien wat later, maar het was vanaf het allereerste moment duidelijk dat er voor laadpalen geen monopolie zou gelden.”
Moedeloos
Tegelijk met deze zaak spelen er nog diverse andere rechtszaken. Pielage wordt er ondertussen een beetje moedeloos van. “De procedure over het wel of niet mogen openen van shops bij stations van Fastned is nog aan de gang bij de Raad van State. Daarnaast worden we telkens opgeroepen voor hoorzittingen en rechtszaken als leden een vergunning voor een laadpaal hebben aangevraagd en deze wordt verstrekt. Fastned tekent dan namelijk direct bezwaar aan. Er volgen dan vervolgens een aantal negatieve uitspraken voor Fastned waartegen vervolgens weer hoger beroep wordt aangetekend, Kortom, ik loop van rechtszaak naar rechtszaak.”
Volgens Pielage en de andere gevoegde partijen wist Fastned al bij het vergeven van de concessies in 2012 hoe de vork in de steel zat. Fastned zelf bestrijdt dat overigens. Pielage: “Neem van mij aan. Ze wisten echt waar ze aan begonnen en hoe de business case eruitzag. Dat blijkt ook uit de voorliggende stukken en de kennisgeving van de Staat. Ze waren geïnteresseerd in het plaatsen van oplaadpalen en niet in de rest. In de kennisgeving stond duidelijk vermeld dat er geen aanvullende voorzieningen werden toegestaan en dat ook bestaande concessiehouders (wegrestaurants en benzinestations) nog steeds de mogelijkheid kon worden geboden om een laadpaal als aanvullende voorziening aan te vragen.”
Hete adem
In totaal heeft Fastned eind 2011 210 aanvragen voor laadstations ingediend, die stuk voor stuk op prominente locaties langs de snelweg lagen. “Inmiddels hebben ze – 6 ½ jaar na dato – iets meer dan zeventig laadstations gebouwd. In de vergunningsvoorwaarden staat dat de laadstations er binnen anderhalf jaar moesten komen. Ik kan me voorstellen dat nu er steeds meer laadpalen door overige partijen worden geïnstalleerd ze daarom alles in het werk stellen om te voorkomen dat ze concurrentie krijgen. Maar als VPR kom ik op voor de zelfstandige ondernemers en kleine familiebedrijven die een tankstation langs de snelweg hebben. Ook die moeten en willen investeren in hun toekomst. Dan is het frustrerend om te merken dat zaken constant vertraging oplopen door juridische procedures. En ja, daar zijn we inmiddels echt wel een beetje klaar mee…”
Lees ook: