Goed nieuws voor pomphouders: de grote autobouwers wereldwijd kiezen de komende 6 tot 10 jaar voor het verbeteren van de klassieke verbrandingsmotor. Deze koers is mede ingegeven door het gebrek aan een duidelijk beleid omtrent elektrische auto’s en door de wens van de consument. Slechts een minimaal deel van de productie zal zich richten op auto’s met een alternatieve aandrijving en dan met name plug-in hybrides.

Dit blijkt uit een studie van KPMG waarin 200 beleidsmakers uit de autosector uit 31 landen zijn ondervraagd over de toekomst van mobiliteit in hun branche.

Het rapport geeft aan wat de verwachtingen zijn aan de leverancierszijde van de automotive: constructeurs, dealers, financiële dienstverleners, verhuurbedrijven en leveranciers van mobiliteitsoplossingen. Sommige conclusies zijn alvast verrassend: zo verwachten heel wat ‘executives’ dat de sector terug méér gaat investeren in betere verbrandingsmotoren, en als er al in ‘elektrisch’ wordt geïnvesteerd, zal het hoofdzakelijk in de plug-in hybride zijn.

Elektrisch heeft afgedaan

Iets meer dan de helft zegt dat ‘de optimalisering van de klassieke verbrandingsmotor het meeste potentieel biedt voor schone, efficiënte motoren in de komende zes tot tien jaar’. Elektrisch heeft ten dele ‘afgedaan’, althans wat het pure elektrische gebeuren betreft. Van alle technologieën – pure hybrides, plug-ins, brandstofcelauto’s en batterijwagens – zijn het de plug-in hybrides die de volgende vijf jaar het best in de markt zullen liggen, zo blijkt.

“Te veel onduidelijkheid over wat nu dé technologie van de toekomst gaat worden”, aldus Frank Vancamp, van KPMG België. “Op korte termijn zal de individuele consument wellicht een hybride kiezen. Het ziet er dan ook naar uit dat puur elektrische voertuigen niet meteen op grote schaal zullen doorbreken.”

Sector volgt wens consument

De constructeurs zijn niet langer ’trendsetters’, maar volgen de voorkeuren van de consument. En die kijkt vooral naar zijn portemonnee. Dat zet uiteraard een rem op de doorbraak van bepaalde technologieën. “Het besef dat er nog ruimte is voor verdere optimalisering van de klassieke verbrandingsmotor leidt tot een belangrijke koerswijziging”, aldus Vancamp.

De dalende verkoop in West-Europa blijft een probleem. Heel wat respondenten verwachten een daling van de autoverkoop in Spanje, Italië, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.

Krimpende verkoopcijfers

Om de krimpende verkoopcijfers het hoofd te bieden, zoekt de sector naar manieren om de capaciteit beter te beheren. Consolidatie, joint ventures of samenwerkingsverbanden lijken een oplossing voor 25 procent van de respondenten. De aanpak verschilt echter sterk tussen de landen en regio’s, waardoor nog geen gemeenschappelijke richting uit de bus is gekomen.

Voor het rapport werden 200 executives uit de autosector bevraagd, onder wie constructeurs, leveranciers, dealers, financiële dienstverleners, verhuurbedrijven en leveranciers van mobiliteitsoplossingen uit 31 landen. Van de respondenten was 39 procent gevestigd in Europa, het Midden-Oosten en Afrika, 37 procent in de regio Azië/Stille Oceaan en 24 procent op het Amerikaanse continent.