Rotterdam importeert kwart meer biobrandstof

Biobrandstof Rotterdam

In de Rotterdamse haven is in 2012 5,9 miljoen ton aan biobrandstoffen overgeslagen, 24 procent meer dan een jaar eerder. De stijging is vooral het gevolg van de toename van zowel de import als export van biodiesel. Het inkomende volume groeide van 1,2 naar 2,1 miljoen ton terwijl de export toenam van 1,2 naar 1,8 miljoen ton. De import komt vooral uit Indonesië, Maleisië en Singapore. Duitsland, Spanje en het Verenigd Koninkrijk zijn de belangrijkste bestemmingen van biodiesel.

Door de combinatie van wereldwijde aanvoer, Europese heruitvoer en een flinke eigen productie in het havengebied ontstaat een grote flexibele markt. Hierop kunnen de kopers, zoals de grote oliemaatschappijen die biobrandstof bij moeten mengen, gemakkelijk langjarige basiscontracten combineren met ´spotcontracten. Het Havenbedrijf Rotterdam verwacht dan ook een verdere toename van het intra-Europese transport van biobrandstoffen.

Stijging ingezet in 2011

De overslag van biodiesel steeg in 2011 al met  met bijna 13% toe tot 1,8 miljoen ton. De aanvoer steeg met 11%, van 0,9 in 2010 naar 1,0 miljoen ton in 2011. Argentinië en Indonesië hebben ten opzichte van 2010 stuivertje gewisseld als belangrijkste land van herkomst. De Rotterdamse cijfers zijn daarover niet duidelijk genoeg, maar volgens Argentijnse statistieken is de export van biodiesel naar Nederland gedaald van 450.000 in 2010 naar 150.000 ton in 2011.

Het volume uit Indonesië is verdubbeld van ongeveer 180.000 ton in 2010 naar 370.000 ton in 2011. Dit loopt parallel met de stijging van de totale export vanuit Indonesië naar de Europese Unie (tot en met oktober) van ruim 400.000 ton naar 930.000 ton.
Bij de afvoer wisselden Duitsland en het Verenigd Koninkrijk van positie. In 2011 was de export naar Duitsland, via Hamburg, ruim tweeënhalve keer groter, met ruim 200.000 ton, dan in 2010. De export naar het Verenigd Koninkrijk is meer dan gehalveerd.

Grootste biobranstof-fabriek

In Rotterdam staat de grootste biobrandstoffabriek van Europa van het Finse Neste Oil. De totale productiecapaciteit van het Finse concern is nu 2 miljoen ton per jaar. De productie in Rotterdam wordt geleidelijk opgevoerd en heeft een maximum van 800.000 ton per jaar. Neste heeft vier fabrieken waar de hernieuwbare biobrandstof NExBTL wordt gemaakt. Deze kan Neste maken uit bijna elke plantaardige olie of dierlijk vetafval, dankzij de eigen technologie.

Neste Oil’s NExBTL hernieuwbare biobrandstof is een hoogwaardige biobrandstof die te gebruiken is in alle dieselmotoren en bestaande brandstofdistributiesystemen. De brandstof biedt uitstekende prestaties bij lage temperaturen en kan zowel puur als gemengd met fossiele diesel gebruikt worden. NExBTL kan een reductie tot 80% van de uitstoot van broeikasgassen bereiken in vergelijking met fossiele diesel. De lagere uitlaatemissies leveren ook een bijdrage aan de verbetering van de algemene luchtkwaliteit.

Auteur: Steven Don

Rotterdam importeert kwart meer biobrandstof | MobilityEnergy.com

Rotterdam importeert kwart meer biobrandstof

Biobrandstof Rotterdam

In de Rotterdamse haven is in 2012 5,9 miljoen ton aan biobrandstoffen overgeslagen, 24 procent meer dan een jaar eerder. De stijging is vooral het gevolg van de toename van zowel de import als export van biodiesel. Het inkomende volume groeide van 1,2 naar 2,1 miljoen ton terwijl de export toenam van 1,2 naar 1,8 miljoen ton. De import komt vooral uit Indonesië, Maleisië en Singapore. Duitsland, Spanje en het Verenigd Koninkrijk zijn de belangrijkste bestemmingen van biodiesel.

Door de combinatie van wereldwijde aanvoer, Europese heruitvoer en een flinke eigen productie in het havengebied ontstaat een grote flexibele markt. Hierop kunnen de kopers, zoals de grote oliemaatschappijen die biobrandstof bij moeten mengen, gemakkelijk langjarige basiscontracten combineren met ´spotcontracten. Het Havenbedrijf Rotterdam verwacht dan ook een verdere toename van het intra-Europese transport van biobrandstoffen.

Stijging ingezet in 2011

De overslag van biodiesel steeg in 2011 al met  met bijna 13% toe tot 1,8 miljoen ton. De aanvoer steeg met 11%, van 0,9 in 2010 naar 1,0 miljoen ton in 2011. Argentinië en Indonesië hebben ten opzichte van 2010 stuivertje gewisseld als belangrijkste land van herkomst. De Rotterdamse cijfers zijn daarover niet duidelijk genoeg, maar volgens Argentijnse statistieken is de export van biodiesel naar Nederland gedaald van 450.000 in 2010 naar 150.000 ton in 2011.

Het volume uit Indonesië is verdubbeld van ongeveer 180.000 ton in 2010 naar 370.000 ton in 2011. Dit loopt parallel met de stijging van de totale export vanuit Indonesië naar de Europese Unie (tot en met oktober) van ruim 400.000 ton naar 930.000 ton.
Bij de afvoer wisselden Duitsland en het Verenigd Koninkrijk van positie. In 2011 was de export naar Duitsland, via Hamburg, ruim tweeënhalve keer groter, met ruim 200.000 ton, dan in 2010. De export naar het Verenigd Koninkrijk is meer dan gehalveerd.

Grootste biobranstof-fabriek

In Rotterdam staat de grootste biobrandstoffabriek van Europa van het Finse Neste Oil. De totale productiecapaciteit van het Finse concern is nu 2 miljoen ton per jaar. De productie in Rotterdam wordt geleidelijk opgevoerd en heeft een maximum van 800.000 ton per jaar. Neste heeft vier fabrieken waar de hernieuwbare biobrandstof NExBTL wordt gemaakt. Deze kan Neste maken uit bijna elke plantaardige olie of dierlijk vetafval, dankzij de eigen technologie.

Neste Oil’s NExBTL hernieuwbare biobrandstof is een hoogwaardige biobrandstof die te gebruiken is in alle dieselmotoren en bestaande brandstofdistributiesystemen. De brandstof biedt uitstekende prestaties bij lage temperaturen en kan zowel puur als gemengd met fossiele diesel gebruikt worden. NExBTL kan een reductie tot 80% van de uitstoot van broeikasgassen bereiken in vergelijking met fossiele diesel. De lagere uitlaatemissies leveren ook een bijdrage aan de verbetering van de algemene luchtkwaliteit.

Auteur: Steven Don