De helft van de Nederlandse truckers tankt over de landsgrenzen. Hierdoor loopt het Rijk zo’n 250 miljoen euro aan inkomsten mis. Dat blijkt uit een onderzoek van Transport en Logistiek Nederland (TLN), de belangenvereniging voor de transportsector.

Belangrijke reden dat de helft van de transportbedrijven in het buitenland tankt, is het prijsverschil met het buitenland. Ook het feit dat ondernemers een deel van de accijnzen in het buitenland kunnen terugvragen, maakt het tanken over de landsgrenzen aantrekkelijk.

Inkomstenverlies

TLN verwacht dat het aantal brandstoftoeristen nog verder toeneemt als de geplande accijnsverhogingen op brandstof per 1 januari van kracht worden. Dan gaat de accijns op een liter diesel met 3 eurocent omhoog. Ook de accijnzen voor benzine en lpg gaan omhoog. De branchevereniging verwacht dat door de verhoging het inkomstenverlies voor de Nederlandse schatkist volgend jaar oploopt met enkele tientallen miljoenen euro’s. Volgens TLN overweegt 30 % van de transportbedrijven die nu nog in Nederland tanken, voor brandstof naar het buitenland uit te wijken als de prijzen blijven stijgen.

De branchevereniging is inmiddels in overleg getreden met staatssecretaris Frans Weekers van Financiën over het brandstoftoerisme. TLN heeft Weekers op de gevolgen van het Nederlandse accijnsbeleid gewezen en roept het kabinet op om de geplande accijnsverhogingen te schrappen.

Lastenverzwaring

De belangenvereniging benadrukt dat de verhoging van de accijnzen een forse lastenverzwaring betekent voor de transportsector. TLN becijfert dat de kosten voor de gehele sector toenemen met 113 miljoen euro. Geen goede ontwikkeling, vindt de vereniging. Dit omdat de Nederlands transportsector al in zwaar weer zit. Zo geeft in het onderzoek 30 % van de bedrijven aan dat ze de toegenomen brandstofkosten niet kunnen doorberekenen aan de klant. Zo’n 50 % van de transporteurs heeft daar nog geen duidelijkheid over.