‘Zonder brandstof komt het land letterlijk tot stilstand’
Transport van brandstoffen is aangemerkt als een van de cruciale beroepsgroepen op dit moment. De focus van zowel Fieten Olie als Sakko ligt niet alleen op het exploiteren van tankstations, maar ook op het bevoorraden van eigen locaties en klanten. Hoe hebben Stephan Mangnus (Sakko) en Richard Fieten (Fieten Olie) de eerste dagen van de coronacrisis ervaren? En wat gebeurt er op dit moment aan de pomp?
De brandstofvolumes laten al sinds vrijdag, de dag dat de corona-maatregelen voor de eerste keer werden aangescherpt, een daling zien ten opzichte van de normale afzet. Dat bevestigt ook Mangnus, algemeen directeur van Sakko. “Vrijdag was een gemiddelde daling van zo’n 8%, zaterdag en zondag zo’n 14%. Maandag lag dit op zo’n 17%.”
Mangnus verwacht dat deze gemiddelde dalingen in de loop van deze week hoger uit zullen vallen. “Dit mede gebaseerd op de lagere volumes die begin deze week door tankwagens op ons brandstofopslagdepot afgehaald werden. Dit bevestigt dit vermoeden direct.” Ook directeur Richard Fieten van Fieten Olie spreekt over hectische tijden in olieland. “De omzet van brandstoffen is inmiddels met circa 30% gedaald.”
Gevolgen voor de shop
Naast het leveren van brandstoffen en het exploiteren van onbemande locaties hebben beide ondernemingen ook locaties met een shop. De shopvolumes lagen vrijdag en zaterdag op hetzelfde niveau als normaal. “Zondag was dit echter 25% hoger dan normaal. Het hamstereffect?” vraagt Mangnus zich af. De bakeries bij de bemande stations van het Noord-Brabantse bedrijf zijn inmiddels gesloten.
(Het artikel gaat verder onder de foto)
Bij locaties van Fieten Olie zijn de bakeries nog wel geopend. “We vragen klanten om te pinnen, maar accepteren nog wel cash. Zowel de terminals op de onbemande stations als de pinpads in de shops – zo ook de toiletten – laten we vaker reinigen”, benadrukt Fieten. Ook bij Sakko wordt er vaker schoongemaakt dan normaal. “Ja, daar wordt door ons conform de richtlijnen van de RIVM extra aandacht aan besteed.”
Personeelsproblemen
Gebrek aan personeel is voor beide ondernemingen op dit moment nog geen hot item. Fieten: “We vragen alle medewerkers om zelf een oplossing te zoeken. Dat gaat nog steeds goed.” Ook bij Sakko zijn er vooralsnog geen problemen. “We trachten waar mogelijk mee te denken met alle medewerkers en proberen flexibel om te gaan met het ruilen van diensten. We hebben momenteel nog geen issues op dit vlak dankzij de flexibele inzet en opstelling van alle collega’s.”
Welke problemen verwachten beide directeuren? Volgens Mangnus speelt een probleem nu al op. “Sterke dalingen in de inkoopprijzen zorgen voor grote negatieve financiële herwaarderingen van de voorraden brandstoffen.” Fieten denkt bovendien dat de financiële positie van klanten die op rekening tanken en klanten die thuis bevoorraad worden zoals transportbedrijven, taxi- en touringcarbedrijven, maar ook zeker de landbouwsector die gewassen niet kan exporteren, onder druk komt te staan. Dat kan gevolgen hebben.
Over de rol van de overheid zijn Fieten en Mangnus het met elkaar eens. “Oplossing is denk ik om werktijdverkorting te verlenen voor shopmedewerkers en de shop tijdelijk te sluiten”, vindt Fieten. “Indien de volumes en shopomzetten dramatisch afnemen – en we daarnaast gedwongen worden de shops te sluiten – willen we de overheid verzoeken om net als andere sectoren een beroep te kunnen doen op deeltijd-WW en (financiële) compensatiemogelijkheden”, geeft Mangnus aan.
Keten staat onder druk
Ter afsluiting is het volgens Mangnus belangrijk om het belang van de sector te benadrukken. “De gehele keten staat onder grotere druk in geval van uitval van collega’s.” De distributie van brandstof is een cruciale beroepsgroep, waarbij naast de tankstations onder andere fabrieken, boeren, loonwerkers, bouwbedrijven en transporteurs van brandstof voorzien moeten worden om geen stilval te veroorzaken. “Zonder brandstof komt het land immers letterlijk tot stilstand. We verzoeken iedereen op deze locaties om 1.5 tot 2 meter afstand van onze collega’s te houden en de controles te minimaliseren bij de (recepties van de) toegangspoorten. Kortom, zodat de collega’s hun werk zo eenvoudig en soepel mogelijk uit kunnen voeren met minimaal contact.”
Lees ook:
