Een vijftal partijen, waaronder Shell en truckfabrikanten Scania en IVECO, gaat flink inzetten op de ontwikkeling van LNG. De bedrijven hebben plannen voor het bouwen van 39 LNG-tankstations, onder meer in Nederland, België en Duitsland. Ook komt er een BioLNG-productie-installatie in Nederland.
De LNG-stations maken deel uit van een pan-Europees netwerk en worden naast Nederland, België en Duitsland ook gebouwd in Frankrijk, Polen en Spanje. De stations zullen zich om de 400 kilometer bevinden op de transportcorridors van Spanje tot Oost-Polen.
Naast Shell, IVECO en Scania heeft ook biobrandstofproducent Nordsol zich aangesloten. De BioLNG-installatie die in Nederland wordt gebouwd, zet biogas van organisch afval om in LNG. De centrale gaat ongeveer 3000 megaton bio-LNG per jaar produceren en gebruikmaken van biomethaan uit afval. Dit zal via het LNG-netwerk aan eindgebruikers worden verkocht. De centrale zamelt gemeentelijk afval in van supermarkten en restaurants en verwerkt dit tot biogas.
Stimuleren van LNG-trucks
Naast het bouwen aan een infrastructuur om te tanken hebben de partijen ook de handen ineen geslagen om het aantal LNG-trucks flink uit te breiden. In totaal worden tweeduizend trucks verhuurd aan vervoerders door middel van leaseconstructies. Daardoor kunnen de kosten verlaagd worden. De extra kosten van een LNG-vrachtwagen in vergelijking met een dieseltruck zullen worden gefinancierd.
Het samenwerkingsverband ziet LNG (vloeibaar aardgas) als een interessant alternatief voor gebruik bij zwaar vrachtverkeer. Ten opzichte van diesel is de uitstoot van een LNG-truck aanzienlijk lager dan van een dieselvoertuig. Vooral op het gebied van NOx en fijnstof wordt een flinke reductie behaald. Ook de uitstoot van CO2 is lager dan bij diesel. Een ander voordeel is de vermindering van geluidsoverlast.
Lees ook:
