Ondernemers winnen strijd tegen NVWA over tabaksboetes
Een viertal tankstation-ondernemers hoeft geen boete te betalen voor verboden tabaksreclame. De 450 euro die de NVWA had opgelegd, is naar de prullenbak verwezen. De tankstation-houders hadden in hun kantoor posters opgehangen van Philip Morris. Verboden reclame, constateerde de Voedsel- en Waren Autoriteit. Daar was de commissie Bezwaarschriften van het ministerie van Volksgezondheid het niet mee eens.
De boetes zijn afgelopen zomer uitgedeeld aan vier bedrijven. Ze hadden alle in hun kantoor posters opgehangen van tabaksfabrikant Philip Morris. De posters riepen medewerkers op mee te doen met een verkoopactie. Met de actie waren prijzen te winnen voor de vestiging die het beste presteerde. Klanten hadden echter geen toegang tot de ruimtes waar de posters hingen. De ondernemers tekenden dan ook bezwaar aan tegen het besluit.
Reclame
De NVWA vindt echter wel dat sprake is van ongeoorloofde reclame, zelfs als posters op het kantoor hangen. De redenering van de controle-instantie is als volgt. Reclame voor tabak is wel toegestaan als het bedrijfsmatig is, maar dan alleen bij tabaksspeciaalzaken, niet bij een tankstation.
Omdat bovendien de tankstations het verkopen van tabak niet als core business hebben, vallen medewerkers niet onder de in de wet gebruikte term ’personeel in de tabakshandel’. Ze worden gezien als consumenten. Omdat de posters van Philip Morris op het personeel waren gericht, was sprake van ongeoorloofde tabaksreclame aan consumenten. En daar staat een boete op van 450 euro.
Sigaretten
Daar was de commissie het niet mee eens. Volgens hen staat nergens in de wet dat alleen speciaalzaken als tabakshandelaar worden aangemerkt. Er staat immers nergens dat sigaretten en shag minimaal een bepaald percentage van de omzet moeten zijn, voordat je wordt aangemerkt als tabakshandelaar.
De redenering dat tankstation-personeel als consument moet worden gezien, kon daarom niet op goedkeuring rekenen van de commissie. Daarnaast zou een dergelijke beperking betekenen dat niet alle verkopers van tabak dezelfde productinformatie zouden ontvangen. Reclame van de fabrikant die gericht is aan de grossier of detaillist moet mogelijk blijven, vindt de commissie.
Personeel
Martijn Hanekroot van Achilles Brandstoffen Maatschappij, een handelaar met veertig AVIA-stations, was een van de ondernemers die in het verweer waren gekomen. Hij is verheugd met de uitkomst van de juridische procedure en was verbaasd dat hij de boete ĂĽberhaupt kreeg.
”De letters op de poster waren nauwelijks zichtbaar voor de klanten. De NVWA-ambtenaar vond desondanks dat het een vorm van reclame was. Maar het was niet gericht op de consumenten. Die komen ook helemaal niet in het kantoor. Het was een uiting die gericht was op mijn personeel”, spreekt Hanekroot zijn verbazing uit.
Terecht
”Ze hadden ons van tevoren wel gewaarschuwd dat strenger beleid van kracht was geworden. Dat je bijvoorbeeld je schappen zo moet inrichten dat je geen extra zichtbaarheid van de producten veroorzaakt.” Deze boete had de ondernemer echter niet zien aankomen en hoeft hij dus ook niet te betalen.
Ook branchevereniging Bovag is blij met het oordeel van de commissie. Een terecht besluit, vindt Jan Bessembinders van Bovag Tankstations. ”De Tabakswet biedt geen ruimte voor het beboeten van tankstations wegens posters met commerciële mededelingen die uitsluitend bestemd zijn voor personeel. De NVWA heeft de boetes onterecht opgelegd.”
NVWA
De controle-instantie laat desgevraagd weten zich neer te leggen bij het besluit van de commissie en geen verdere actie te ondernemen.
Tom van Gurp