Fastned stapt waarschijnlijk naar de rechter om alsnog een vergunning te krijgen voor de bouw van tankshops. Het bedrijf wil graag winkels bij zijn geelgrijze laadstations, maar krijgt geen toestemming van Rijkswaterstaat. Mede-oprichter Michiel Langezaal van Fastned is niet gelukkig met het besluit en meldt dat een gang naar de rechter zeer waarschijnlijk is.

Het in Amsterdam gevestigde bedrijf heeft concessies gekregen voor de bouw en exploitatie van 201 onbemande stations met snellaadpalen langs Nederlandse rijkswegen. Ook wil het laadlocaties exploiteren aan het onderliggende wegennet. Inmiddels heeft het zo’n vijftig snelwegvestigingen gerealiseerd. Het bedrijf wil in de toekomst bij die locaties graag tankshops bouwen.

Het opladen van een auto-accu duurt namelijk aanzienlijk langer dan een reguliere tankbeurt. Vooral bij slecht weer is het prettig als bestuurders van e-voertuigen even de warmte kunnen opzoeken en wat kunnen eten en drinken. Rijkswaterstaat gaf echter nul op het rekest.

Uitspraak

Tegen dat besluit ging Fastned in beroep bij de bezwaarcommissie van datzelfde overheidsorgaan. De commissie deed eerder deze maand uitspraak over de geweigerde vergunning voor verzorgingsplaats Velder aan de A2 en was het eens met het eerdere besluit.

Een belangrijke overweging hierbij is dat Rijkswaterstaat niet wil dat exploitanten, die als basisvoorziening een laadpunt hebben, ook nog aanvullende voorzieningen aanbieden, bijvoorbeeld gemakswinkels en autowasstraten. “De doelmatige inrichting van een verzorgingsplaats – met inachtneming van een zo veilig mogelijke indeling – is gediend met zo min mogelijk versnippering van aanvullende voorzieningen.”

Discriminatie

Fastned vindt het discriminatie van de elektrische rijder ten opzichte van de andere autorijders als het geen shops mag realiseren. “Dan krijg je de situatie dat bestuurders van e-voertuigen over de verzorgingsplaats, tegen de rijrichting in, naar het tankstation moeten lopen, bijvoorbeeld voor het toilet. Dat is geen bevordering van de veiligheid”, zegt Langezaal. Hoe de shops er precies uit gaan zien – als een vergunning wordt verkregen – is nog niet duidelijk. Wel gaf het bedrijf in het verleden aan vooral eten en drinken te willen verkopen. Voor tabak is geen interesse.

De belangenvereniging voor snelweg-ondernemers VPR is verheugd met het besluit van Rijkswaterstaat en diens bezwaarcommissie. Gabriëlle Pielage van de VPR vindt het terecht dat Fastned geen tankshops mag realiseren, omdat dat is voorbehouden aan traditionele stations langs het hoofdwegennet. Zo is bij locatie Velder al een Texaco-vestiging, uiteraard met shop.

Conflict over laadpalen

Fastned en reguliere tankstations liggen al enige tijd met elkaar in de clinch. Tankstations vonden het niet terecht dat Fastned laadstations mocht bouwen, omdat ze menen het alleenrecht te hebben op het aanbieden van motorbrandstoffen voor het wegverkeer langs het hoofdwegennet. Daarnaast verbazen ze zich dat reguliere tankstations een hoge gebruiksvergoeding en een veilingprijs moeten betalen aan de overheid om aan de snelweg te mogen zitten en Fastned niet.

Andersom kwam Fastned in het verweer toen tankstations een vergunning kregen voor de aanleg van een laadpaal bij hun eigen station. Fastned vond namelijk dat zij het monopolie had op het aanbieden van elektriciteit op de locaties waar ze concessiehouder van een laadstation zijn.

Huidige stand van zaken is dat zowel tankstations als Fastned laadpalen mogen aanleggen en exploiteren. Wel lopen nog steeds diverse juridische procedures, waarbij beide kanten bezwaar maken tegen de vergunningverlening aan de concurrent.

Treinstations

Deze week werd ook bekend dat Fastned uitbreidt met drie laadfaciliteiten bij treinstations. Het gaat om locaties in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Het heeft hiervoor een deal gesloten met NS, die eigenaar is van de grond. Op termijn wil de exploitant van e-stations op nog meer plekken aan het onderliggende wegennet vestigingen realiseren. Langezaal licht toe: “Wij willen graag snellaadstations langs uitvalswegen van steden en we zijn daarom verheugd met de NS-deal.”